Bron van de bovenstaande afbeelding: 'Peiling de Stentor: Cliënt vraagt meer begrip jeugdzorg', Stentor - Binnenland - Algemeen - door Anne Boer - vrijdag 05 februari 2010
De parlementaire werkgroep Toekomstverkenning Jeugdzorg is gestart op woensdag 3 februari 2010 met openbare gesprekken. De werkgroep heeft op 3 februari gesproken met vertegenwoordigers van het onderzoeksinstituut BMC. BMC heeft op verzoek van het ministerie voor Jeugd en Gezin een evaluatieonderzoek verricht op de Wet op de jeugdzorg.
De werkgroep is voornemens een reeks openbare gesprekken te voeren met deskundigen, personen en vertegenwoordigers van organisaties die direct betrokken zijn bij de jeugdzorg.
De gesprekken staan gepland voor:
- Woensdag 3 februari, 11.00 uur tot 13.00 uur;
- Maandag 8 februari, 11.30 uur tot 17.30 uur;
- Maandag 15 februari, 10.00 uur tot 17.00 uur;
- Maandag 8 maart, 10.00 uur tot 17.00 uur;
- Maandag 15 maart, 10.00 uur tot 17.00 uur.
MAANDAG 8 FEBRUARI 2010: Goedgekeurd stenografisch verslag
10.00 – 11.30 uur I. Jongeren, (ex)cliënten, ouders (in beslotenheid)
11.35 – 12.45 uur II. Groep A. Vertegenwoordigers van jongeren, (ex)cliënten en ouders
12.45 – 13.15 uur Pauze
13.15 – 14.25 uur II. Groep B. Vertegenwoordigers van jongeren, (ex)cliënten en ouders
14.30 – 16.00 uur III. Professionals jeugdzorg
16.05 – 17.35 uur IV. Professionals jeugd-GGZ/LVG
MAANDAG 15 FEBRUARI 2010:
10.00 – 11.30 uur V. Jeugdbescherming en jeugdreclassering
11.35 – 13.05 uur VI. Sociale omgeving (wijk/buurt, school)
13.05 – 13.45 uur Pauze
13.45 – 15.15 uur VII. Centra voor Jeugd en Gezin
15.20 – 16.50 uur VIII. Wetenschappers/deskundigen Jeugdbeleid
MAANDAG 8 MAART 2010:
10.00 – 11.30 uur IX. Bestuurders Bureaus Jeugdzorg
11.35 – 13.05 uur X. Bestuurders jeugdzorgaanbieders
13.05 – 13.45 uur Pauze
13.45 – 15.15 uur XI. Politieke bestuurders
15.20 – 16.50 uur XII. Ex-bewindspersonen Jeugdbeleid/- zorg
Achtergrond van dit kameronderzoek
De Tweede Kamer heeft op 1 oktober 2009 besloten een eigen Toekomst- en onderzoeksagenda in te stellen. Hiermee wordt uitvoering gegeven aan een van de aanbevelingen uit de parlementaire zelfreflectie. De Kamer bepaalt jaarlijks op welke terreinen zij een uitvoeringsonderzoek of een toekomstonderzoek wil uitvoeren. In een jaar worden ten hoogste drie van deze onderzoeken uitgevoerd. De Kamer heeft voor 2010 onder andere ingestemd met een Toekomstverkenning naar de Jeugdzorg.
De algemene commissie voor Jeugd en Gezin stelde op 18 november 2009 uit haar midden een werkgroep in die zich verdiept in de Toekomstverkenning van de Jeugdzorg. Dit naar aanleiding van de aangenomen motie-Dijsselbloem c.s. (32 123 XVII, nr. 13). Het doel van de verkenning is inzicht te krijgen in de aanbevelingen en conclusies uit eerder uitgevoerde of nog uit te voeren onderzoeken op het terrein van de jeugdzorg. Uiteindelijk streven is om te komen tot een gedeelde analyse.
De Tweede Kamerwerkgroep bestaat uit de volgende acht leden:
- Dhr. P. Heijnen (voorzitter, PvdA)
- Mw. M. van Toorenburg (CDA)
- Dhr. J. Dijsselbloem (PvdA)
- Mw. M. Langkamp (SP)
- MW. I. Dézentje Hamming-Bluemink (VVD)
- Dhr. R. de Mos (PVV)
- Dhr. T. Dibi (GL)
- Dhr. J. Voordewind (CU)
Werkgroepvoorzitter en kamerlid Pierre Heijnen (PvdA) over 'zijn' kameronderzoek 'Toekomstverkenning Jeugzorg'
Hoe werkt de Wet op de jeugdzorg in praktijk? Wat moet er allemaal verbeterd worden in de jeugdzorg? Om hier antwoord op te krijgen, voert de parlementaire werkgroep Toekomstverkenning Jeugdzorg 4 gesprekken met hulpverleners, ex-cliënten, voogden en specialisten. Kamerlid Pierre Heijnen (PvdA), voorzitter van de werkgroep en ook voorzitter van de Algemene commissie voor Jeugd en Gezin, vertelt over de kracht van de gezamenlijke verdieping.
“Bijzonder aan de werkgroep Toekomstverkenning Jeugdzorg is dat de Kamerleden zich nu gezamenlijk verdiepen in het onderwerp”, zegt Pierre Heijnen, voorzitter van de parlementaire werkgroep. “Normaal gesproken is het ieder voor zich en dan trekken de fractiemedewerkers zich terug om informatie te verzamelen. Met deze werkgroep gaan we dwars door de politieke partijen heen. Dit moet uiteindelijk leiden tot gedeelde opvattingen en waarnemingen, wat de Tweede Kamer sterkt in het debat met de minister. Dit is precies zoals de werkgroep Parlementaire zelfreflectie het instrument toekomstonderzoek bedoeld heeft. Namelijk: het werk van de Kamer naar een hoger niveau helpen."
Angst
"Wat heel sterk naar voren komt uit gesprekken is de enorme verantwoordingsdruk. Sinds de dood van de peuter Savanna in september 2004, waarbij de gezinsvoogd werd vervolgd, bestaat er veel angst in de jeugdzorg. Er wordt veel vastgelegd zodat mensen er achteraf maar niet op aangesproken worden. De medewerkers besteden daar extreem veel tijd aan. Daarnaast duurt de indicatie van de cliënten te lang en blijkt de communicatie problematisch. Medewerkers hebben onvoldoende tijd om aan ouders uit te leggen waarom hun kind uit huis wordt geplaatst. Of waarom ondertoezichtstelling nodig is.”
De kamerstukken die in dit onderzoek een rol spelen
- Stenogram Rondetafelgesprekken d.d. 8 februari 2010
- Brief van de werkgroep Toekomstverkenning jeugdzorg (plan van aanpak van de werkgroep) d.d. 18 december 2009 (Kamerstuk 32296 nr. 1)
- Motie van het lid Dijsselbloem c.s. over een aanvullende verkenning over de problemen in de jeugdzorg (Kamerstuk 32123 XVII nr. 13)
- Evaluatierapport Wet op de jeugdzorg: Brief van de ministers voor Jeugd en Gezin en van Justitie d.d. 2 november waarin het rapport van BMC 'Evaluatieonderzoek Wet op de Jeugdzorg' wordt aangeboden (Kamerstuk 32202 nr. 1)
De media over dit Tweede Kameronderzoek
De onderstaande artikelen zijn tijdelijk beschikbaar. Vanwege auteursrechten verdwijnen de artikelen 2 weken na publicatie.
- Veel narigheid komt door gebrek aan tijd. Eerste hoorzitting van de werkgroep jeugdzorg / A. Reerink - NRC Next, 9 februari 2010
- Kweste Jeugdzorg schokt Kamer / A. Boer - De Stentor, 9 februari 2010
Geen opmerkingen:
Een reactie posten